Oordeelsvorming

Oordeelsvorming

Op 3 competentieniveaus

Evalueert alternatieven om op basis daarvan keuzes te maken of conclusies te trekken.

Per competentie wordt het basisgedrag omschreven. Elke competentie is tevens uitgewerkt in concreet gedrag op drie niveaus. Dit gedrag is niet uitputtend, het geeft slechts een indicatie van wat van de persoon op een bepaald niveau aan gedrag verwacht mag worden. Het basisgedrag is het gedrag dat als vanzelfsprekend bij iedereen (ongeacht het niveau binnen de organisatie) verwacht mag worden.

Oordeelsvorming
Het gaat hier om op basis van het afwegen van alternatieven te komen tot een afgewogen oordeel, dat de basis kan vormen voor een te nemen besluit (zie besluitvaardigheid). Het gaat dus niet om het besluit zelf. Het basisgedrag is: het kunnen maken van een beargumenteerde keuze.

Niveau 1

Maakt op operationeel niveau (eigen werksituatie) keuzes uit beperkte aantallen alternatieven
  • Spreekt de voorkeur uit voor een bepaald alternatief om het gewenste resultaat te behalen.
  • Maakt op basis van beschikbare informatie, een beargumenteerde keuze uit meerdere alternatieven.
  • Geeft argumenten waarom het ene alternatief de voorkeur heeft boven de andere alternatieven.
  • Benoemt van een gekozen alternatief de voor- en nadelen.

Niveau 2

Maakt op tactisch niveau keuzes uit meerdere complexere alternatieven
  • Benoemt de consequenties van verschillende alternatieven voor de eigen afdeling/project of de klant.
  • Houdt bij de keuze uit meerdere complexe alternatieven rekening met de voorkeuren van anderen.
  • Is in een complexe probleemsituatie, in staat aan te geven waarom een bepaald alternatief de voorkeur verdient boven de verschillende andere alternatieven.
  • Geeft aan bij welk alternatief de opbrengsten voor de eigen afdeling, het eigen project en/of voor de klant optimaal en de eventuele risico’s minimaal zijn.

Niveau 3

Maakt strategische keuzes rekening houdend met complexiteit van de omgeving en met toekomstige ontwikkelingen
  • Beargumenteert strategisch belangrijke keuzes op basis van een grondige risicoanalyse.
  • Geeft met strategische argumenten aan waarom een bepaald alternatief de voorkeur verdient boven verschillende andere alternatieven.
  • Durft na grondige analyse een duidelijke voorkeur uit te spreken voor een alternatief dat strategisch van belang is, ook als dit risico’s met zich meebrengt.
  • Geeft aan bij welk alternatief optimaal rekening wordt gehouden met toekomstige ontwikkelingen (intern en extern).
Scroll naar top