Home » Omgevingsbewustzijn
Omgevingsbewustzijn
Omgevingsbewustzijn
Op 3 competentieniveaus

Per competentie wordt het basisgedrag omschreven. Elke competentie is tevens uitgewerkt in concreet gedrag op drie niveaus. Dit gedrag is niet uitputtend, het geeft slechts een indicatie van wat van de persoon op een bepaald niveau aan gedrag verwacht mag worden. Het basisgedrag is het gedrag dat als vanzelfsprekend bij iedereen (ongeacht het niveau binnen de organisatie) verwacht mag worden.
Niveau 1 geeft hiervan een uitwerking in concreet gedrag, en is dus van toepassing op iedere medewerker binnen de organisatie. Communicatie als voorbeeld: zowel een receptioniste, medewerker verhuur of een medewerker financiële zaken moet in korte bewoordingen aan een ander kunnen uitleggen wat de kern van zijn/haar boodschap is. Afhankelijk van de situatie zal het meer of minder van de persoon vergen om dit gedrag te laten zien.
Niveau 2 geeft een omschrijving van concreet gedrag én van de context waarbinnen dit gedrag moet worden vertoond. Zowel het omschreven gedrag als de context wordt complexer, waardoor niveau 2 voor een beperktere groep personen binnen de organisatie van toepassing is. Niveau 2 wordt van toepassing geacht op personen die leiding geven aan (een deel van) een afdeling of een grotere stafafdeling. Of op personen die leiding geven aan complexe projecten. Te denken valt aan een projectmanager, afdelingsmanager etc.
Richting niveau 3 wordt er aanzienlijk meer van de persoon gevraagd om bepaald gedrag te vertonen: de werkzaamheden en de context waarbinnen deze werkzaamheden worden verricht worden complexer. Niveau 3 is tenminste van toepassing op personen die op strategisch niveau leiding geven aan een grote eenheid, bestaande uit verschillende afdelingen of units. Of op personen die leiding geven aan een vakgebied of professie.
Niveau 1
- Is op de hoogte van maatschappelijke en technologische ontwikkelingen die raken aan het eigen vakgebied of werkterrein.
- Onderbouwt eigen mening met informatie over relevante externe ontwikkelingen.
- Gebruikt relevante nieuwe kennis op het eigen vakgebied ten behoeve van eigen afdeling/project.
- Past relevante externe ontwikkelingen toe in eigen afdeling/project.
Niveau 2
- Zoekt actief naar technologische en maatschappelijke trends die relevant zijn voor de eigen afdeling.
- Zoekt actief naar relevante informatie op diverse vakgebieden die van belang zijn voor de eigen afdeling.
- Gebruikt zijn/haar netwerk om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen die voor de eigen afdeling relevant zijn.
- Wisselt regelmatig ervaringen en informatie met betrekking tot externe ontwikkelingen uit met andere afdelingen.
Niveau 3
- Herkent ontwikkelingen in de omgeving die de afdeling van de organisatie raken.
- Gebruikt meerdere netwerken om op de hoogte te blijven van relevante ontwikkelingen.
- Relateert relevante externe ontwikkelingen met ontwikkelingen binnen de organisatie.
- Doet aan benchmarking op ondernemingsniveau.